Overslaan en naar de inhoud gaan

Steek je gevel in het groen

Een kale gevel, een hoge muur? Zet er klimplanten tegen! Ze fleuren je huis en de straat op, bieden nestgelegenheid aan vogels en insecten, zuiveren de lucht én leggen een isolatielaagje. Zo kies je de juiste klimplant voor jouw gevel.
 

Net zoals je een plant voor je tuin kiest, bepaalt het aantal uren zon de keuze van je klimplant. Een gevel op het zuiden kan heel warm worden; plant er een klimmer tegen die bestand is tegen hitte. Zoals de trompetklimmer (Campsis radicans), met vrolijke oranje, rode of gele trompetbloemen, of de exotische passiebloem (Passiflora caerulea), met witblauwe bloemen met een unieke tekening en vorm. Maar ook een druivelaar (Vitis vinifera), kiwi (Actinidia deliciosa), blauwe regen (Wisteria) of Toscaanse jasmijn (Trachelospermum jasminoides) kunnen prima tegen een zuidenmuur. 
 

Klimplanten voor de schaduw

Voor een noordgevel heb je een klimplant nodig die van schaduw en koelte houdt, en niet bang is van een beetje noordenwind. De ijzersterke klimop (Hedera helix), bijvoorbeeld, of de elegante klimhortensia (Hydrangea petiolaris), met prachtige witte kantbloemen. Ook kamperfoelie (Lonicera) kan tegen schaduw, en je hebt zelfs rozen voor een noordenmuur, zoals Wedding Day; informeer bij je tuincenter of kweker. Clematis viticella, C. alpina en de elegant geaderde Chinese wingerd Parthenocissus henryana gedijen ook prima in schaduw. 
 

Zoals in het bos

Op het oosten en het westen kun je zowat elke andere klimplant kwijt. Klimmers die al tevreden zijn met een paar uur zon (‘halfschaduw’) voelen zich prima op het oosten: de  Toscaanse jasmijn, de klimaugurk (Akebia quinata) of de klimhortensia. Waait er flink wat oostenwind langs je gevel, vermijd dan groenblijvende klimmers, die kunnen uitdrogen. Tegen een westenmuur doen alle planten het goed die van nature in het bos of aan de bosrand groeien, zoals kamperfoelie en clematis. Ze verlangen wel een paar uur zon, maar houden hun voeten liever koel en fris. 
 

Het hele jaar groen

Groenblijvende klimmers zoals klimop zorgen voor extra isolatie van je huis, en bieden schuil- en woongelegenheid aan tal van insecten en vogels. Maar klimop groeit hard, en moet je op termijn regelmatig bijknippen; dan vormt de Toscaanse jasmijn een bescheidener alternatief. In de lente krijg je er een zee van heerlijk geurende witte sterbloempjes bovenop. Bescherm de voet de eerste jaren wel tegen strenge vorst. De grootbladige klimop Hedera colchica groeit ook trager (tot 5 m). Of waarom geen evergreen als Pyracantha coccinea (3 m)? In de herfst krijg je er een waterval van feloranje bessen bovenop. 
 

Steun of geen steun?

Wil je geen steun tegen je gevel bevestigen, neem dan een plant die vanzelf tegen de muur klimt, zoals wilde wingerd, klimop of klimhortensia. De andere klimmers hebben een steun nodig om zich omhoog te kunnen slingeren, zoals de klimaugurk, passiebloem, blauweregen, clematis, kamperfoelie, Toscaanse jasmijn, druivelaar, kiwi… Gek genoeg zijn er ook ‘klim’planten die helemaal niet kunnen klimmen, en die je moet aanbinden, wat extra werk vraagt, zoals een klimroos of winterjasmijn. Let op met sterke groeiers zoals klimop, wingerd, blauweregen, hop en bruidssluier, die passen alleen tegen een grote gevel.